header projecten

Schoolbesturen en schoolleiders staan voor de uitdaging om een duurzame leeromgeving te creëren die niet alleen gericht is op kennisoverdracht, maar ook op menselijkheid en sociale verantwoordelijkheid. Hoe kan je als school je omgeving betrekken? Wat hebben de leerlingen eraan? En hoe draagt dit bij aan een duurzamere wereld?

In dit artikel gaan we eerst wat dieper in op de achtergronden van het element ‘omgeving’ en vervolgens laten we aan de hand van een praktijkvoorbeeld zien dat er zeker kansen zijn, maar dat het nog niet zo eenvoudig is om die te grijpen.

Kijkend naar de Whole School Approach (WSA) is een van de bloembladen waar focus op gelegd wordt de omgeving. Met die gedachte in ons achterhoofd proberen wij dan ook toe te lichten waarom die verbinding met de omgeving zo van meerwaarde kan zijn voor een school.

Theorie: formeel leren, informeel leren en non-formeel leren

Leraren staan voor de klas en vormen daarmee de ruggengraat van het onderwijs, dit is het formele leerproces zoals we allemaal kennen. Om het formele leren aan te vullen met inzichten en kennis uit de bredere omgeving creëert een school een echt effectieve onderwijsomgeving. Door leerlingen theoretische kennis toe te laten passen in het dagelijkse leven en daarbij de omgeving actief te betrekken beklijft die kennis beter bij de leerlingen. Een leerling kan, door een gastdocent of door samenwerking met een andere externe organisatie, geïnspireerd raken en van daaruit een keuze maken voor een vervolgopleiding.

Buiten de formele structuur vanuit de klaslokalen bestaat een rijke wereld van non-formeel leren. Sportverenigingen, muziekscholen of de GGD bieden activiteiten, zoals buitenschoolse programma’s, workshops en projecten aan. Dit zijn voorbeelden van het non-formeel leren. Het non-formeel leren biedt leerlingen de kans om hun horizon te verbreden en een scala aan vaardigheden te ontwikkelen. Bij non-formeel leren ligt de focus niet zo zeer op kwantitatieve doelen (cijfers behalen), maar op het versterken van de sociale en praktische vaardigheden.

Informeel leren vindt ook in het dagelijks leven plaats, vaak spontaan of onopgemerkt. De omgeving speelt een essentiële rol in dit proces. Door de gemeenschap actief te betrekken, kunnen scholen profiteren van de rijke bron van kennis die aanwezig is bij vriendjes en vriendinnetjes, families, buurtgemeenschappen, maatschappelijke organisaties en lokale bedrijven.

Door in alle leermodaliteiten de omgeving te integreren creëert dat een samenhangend onderwijsmodel. De omgeving wordt niet langer gezien als een externe entiteit, maar eerder als een actieve partner in het leerproces. De omgeving wordt zo het leerecosysteem van de leerling. Leerlingen ervaren hierdoor een naadloze overgang tussen formele, non-formele en informele leermomenten, wat leidt tot een dieper begrip en toepassing van kennis.

Kijkend naar het huidige onderwijssysteem ligt de focus voornamelijk op het formeel leren met als doel het behalen van een erkend diploma of certificaat op basis van de gestelde kerndoelen. Als school kan je deze focus verleggen en vorm geven aan jouw filosofie van het onderwijs. Helaas, is in de praktijk is te zien dat veel scholen deze ruimte niet altijd durven te nemen in verband met inspectiecontroles, waarbij ze vrezen niet aan de vereisten te voldoen. Wil en durf je als school deze ruimte wel gaan benutten? Dan kan dit, maar je moet als school wel goed kunnen onderbouwen waarom je meer focus wilt op non-formeel en informeel leren. Dit artikel kan daarbij een eerste stap zijn.

Leren in en met de omgeving

Het heeft in veel opzichten meerwaarde als scholen de omgeving betrekken bij het onderwijs dat zij geven. Voor een uitgebreide leerervaring is omgevingsbetrokkenheid geen optionele toevoeging, maar een noodzakelijke bouwsteen. Het stimuleert niet alleen kennisverwerving, maar bereidt leerlingen ook voor op de complexe uitdagingen van de echte wereld. Door formele, non-formele en informele leeromgevingen te verbinden met de bredere samenleving, leggen scholen de basis voor een onderwijservaring die de verwachtingen van het traditionele klaslokaal overstijgt en leerlingen voorbereidt op een leven van voortdurende groei en betrokkenheid.

Leerlingen leren daarnaast niet alleen omgaan met de problemen die in de ‘echte wereld’ spelen, maar begrijpen ook dat sociale cohesie veel kan opleveren. Ook ervaren leerlingen dat zij in die echte wereld zelf een rol van betekenis hebben. Als school kun je inspelen op maatschappelijke vraagstukken zoals honger bij leerlingen, energiearmoede of eenzaamheid onder ouderen, en daar ondersteuning in bieden. Door als school midden in de samenleving te staan en dit in je onderwijs te integreren, creëer je niet alleen waarde voor de leerlingen, maar ook voor de omgeving. Samen maak je de omgeving van een school krachtiger, groener en menselijker. En leerlingen ervaren zo nog directer het nut van het onderwijs dat zij volgen.

Vanuit dit perspectief kunnen scholen hun omgeving beschouwen als een aantal buitenlokalen die benut kunnen worden. De school is dan opeens veel groter geworden. Het is een leerproces om het benutten van de omgeving zowel logistiek als pedagogisch/didactisch vorm te geven. Maar één ding is in ieder geval zeker: gebruik maken van de omgeving verrijkt niet alleen de ervaring van de leerkracht, maar ook de kwaliteit van het onderwijs die wordt geboden.

Praktijkvoorbeeld: Huis van Bartels en PRO33College

PRO33College, een praktijkschool* in Amersfoort, heeft op het schoolterrein een kas ter beschikking gesteld aan de vrijwilligersorganisatie ‘het Huis van Bartels’. Het Huis van Bartels heeft als missie om de sociale cohesie in de buurt te bevorderen. Coördinator Paul heeft hart voor de wijk. Dit komt mede doordat hij zelf al sinds 1998 in de wijk woont en heeft ervaren hoe criminaliteit invloed kreeg op de buurt. Door het opzetten van sociale initiatieven heeft hij ervoor kunnen zorgen dat zijn wijk een fijnere en veiligere plek is.

Voordat het Huis van Bartels zich bij het PRO33 vestigde, zat de vrijwilligersorganisatie op een ander terrein. Het bestemmingsplan voor dit terrein werd echter gewijzigd, waardoor de organisatie op zoek moest naar een nieuwe locatie. PRO33 College had toen al een lege kas op het terrein staan die niet goed of onvoldoende werd benut. Om in aanmerking te komen voor de subsidie voor een Groen Schoolplein moest PRO33 haar schoolplein  openzetten voor een maatschappelijk doel. Dit doel is Huis van Bartels geworden.

Verbondenheid in de buurt

De vrijwilligers maken gedurende een deel van de week gebruik van de kas om te koken en gasten te ontvangen. Iedere keer wordt volgens een andere cultuur gekookt. Buurtbewoners hebben de mogelijkheid om voor een klein bedrag mee te eten. Daarnaast organiseren de vrijwilligers jaarlijks een Suikerfeest en een Wijkfestival, waar alle culturen welkom zijn. Er staan dan ongeveer vijftien tafels met verschillende soorten hapjes uit verschillende culturen klaar, en er wordt gedanst volgens verschillende culturele tradities. Door culturen te mengen en de bewoners de mogelijkheid te geven om met elkaar te verbinden versterkt het gevoel van verbondenheid in de buurt.

Maar de organisatie van deze activiteiten gaat niet zonder slag of stoot. Het Huis van Bartels stuit met name op belemmeringen in het overtuigen van subsidievertrekkers. Paul geeft aan dat de gemeente te ver van de realiteit staat en betreurt het dat alles moet voldoen aan bepaalde voorwaarden, terwijl zijn idee nog zoveel meer impact kan hebben op de buurt. Uiteindelijk is het Paul gelukt om de subsidieverstrekker te overtuigen en een prachtig resultaat behaald, maar dit heeft hem wel veel moeite en tijd gekost.

Kansen voor het onderwijs

Het Huis van Bartels schetst de mogelijkheden die het kan bieden voor een school en de omgeving. Wanneer leerlingen nauw betrokken zouden kunnen worden bij deze organisatie, krijgen ze de kans om hun horizon te verbreden en zich in te zetten voor complexe uitdagingen van de ‘echte wereld’. In het geval van het Huis van Bartels leren leerlingen bijvoorbeeld hoe versterkte sociale cohesie kan bijdragen aan minder criminaliteit in de omgeving.

Op dit moment is er nog weinig tot geen betrokkenheid van leerlingen vanuit PRO33 bij het Huis van Bartels. Dit komt voornamelijk doordat er te weinig begeleiding beschikbaar is om alle leerlingen hierin te ondersteunen. Beide partijen beschouwen dit als een gemiste kans, maar er bestaat hoop dat dit in de toekomst kan veranderen.

Het Huis van Bartels telt op dit moment zo’n 40 vrijwilligers. Dit zijn allemaal mensen uit de buurt die gemotiveerd zijn om bij te dragen aan meer sociale cohesie in de wijk. Stel je voor dat een deel van deze vrijwilligers leerlingen zouden zijn. Dan zouden zij niet alleen zelf bijdragen, maar ook hun broers, zussen en ouders betrekken bij de school. Hierdoor zouden families uit de buurt elkaar beter leren kennen en ondersteunen. Deze betrokkenheid kan het welzijn van mensen in de wijk bevorderen en wellicht zelfs bijdragen aan het verminderen van grotere maatschappelijke vraagstukken eenzaamheid bij ouderen.

Naast de voordelen die het oplevert voor de wijk, biedt deelname aan het Huis van Bartels ook belangrijke lessen voor de leerlingen. Ze leren hoe te zorgen voor anderen, wat niet alleen de gemeenschap ten goede komt, maar ook bijdraagt aan hun eigen gevoel van veiligheid. Een veiligere omgeving draagt bij aan minder stress, wat kan resulteren in betere prestaties van de leerlingen op formeel gebied.

Eén van de lessen die we uit dit praktijkvoorbeeld kunnen trekken tussen het PRO33 College en het Huis van Bartels is dat er niet één perfecte oplossing is. De meerwaarde heeft zich vooral ontplooit in cohesie in de buurt. Coördinator Paul van het Huis van Bartels signaleert dat de buurt veiliger en socialer is geworden. Tegelijkertijd biedt de samenwerking mogelijkheden voor verdere ontwikkeling. De vragen ‘Hoe kunnen leerlingen bij het Huis van Bartels betrokken worden?’, ‘Hoe kunnen we zorgen voor voldoende begeleiding zodat dat onderwijs en de vrijwilligersorganisatie samen kunnen werken?’ en ‘Hoe kan het Huis van Bartels de school helpen met gezonde maaltijden voor de leerlingen?’ blijven vooralsnog onbeantwoord.

Tot slot

Dit praktijkvoorbeeld laat zien dat er volop kansen zijn voor scholen om de omgeving bij hun onderwijs te betrekken. Tegelijkertijd blijkt ook dat het nog niet zo eenvoudig is om de omgeving te betrekken en spelen er allerlei praktische/beleidsmatige/financiële belemmeringen een rol. Toch laat dit voorbeeld ook zien dat er kansen en mogelijkheden zijn om het formele leren te verbreden met het informeel/non-formeel leren. Bijvoorbeeld door de huisvesting zou ‘Huis van Bartels’ heel goed kunnen dienen als buitenlokaal van PRO33 of door leerlingen te betrekken bij het bereiden van voedsel voor de buurt leren ze in contact te komen met verschillende mensen.

Dit artikel is geschreven door Lisette van Heijst en gaat in op de kansen en uitdagingen voor een school om samen te werken met de schoolomgeving rondom duurzaamheid. Onderzoeksbureau Oberon en SME voerden een meerjarig onderzoekstraject uit in de periode 2022 – 2024. Dat deden zij in opdracht van het ministerie van IenW, die de interdepartementale werkgroep Duurzame school heeft geïnitieerd waarin vijf ministeries vertegenwoordigd zijn: Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW), Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), Economische Zaken en Klimaat (EZK) en Infrastructuur en Waterstaat (IenW). Deze interdepartementale werkgroep zal de opgehaalde informatie gebruiken om toekomstig beleid op te stellen. Meer lezen over het hele onderzoekstraject? Dat kan hier!

*Praktijkonderwijs is een vorm van voortgezet onderwijs voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Zo krijgen leerlingen veel begeleiding in kleine klassen. Een praktijkschool bereidt leerlingen voor op praktisch en eenvoudig werk. Of om verder te leren op het mbo.