Systeemverandering van onderop is essentieel
Het vormen van een circulaire economie is één van de grote uitdagingen waar we momenteel voor staan. Om deze circulaire economie in 2050 te kunnen realiseren wordt er door de Rijksoverheid op landelijk niveau volop gewerkt aan dit thema. Maar de circulaire economie, waarin kringlopen gesloten zijn en grondstoffen, producten en onderdelen zo min mogelijk hun waarde verliezen, bestaat uit veel verschillende thema’s en bevat dus ook verschillende knoppen waaraan gedraaid kan worden. Uit de Integrale Circulaire Economie Rapportage (ICER) van het Planbureau voor de Leefomgeving blijkt bijvoorbeeld dat vooral ook het regionale en lokale niveau essentieel zijn in de transitie naar een circulaire economie.
Systeemveranderingen, zoals het vormen van een circulaire economie, vragen namelijk in grote mate om beweging van onderop, waardoor samenwerkingsverbanden in lokale netwerken van gemeenten, bedrijven, inwoners en onderwijsinstellingen cruciaal zijn. Dit brengt grote uitdagingen met zich mee. We zien namelijk dat de circulaire economie voor veel gemeenten nog een nieuw thema vormt en dat het lastig kan zijn om hier met beperkte middelen en kennis invulling aan te geven. Bij SME verkennen we daarom op dit moment de status van participatie binnen gemeenten rondom dit thema en onderzoeken we welke belemmeringen deze gemeenten ervaren in hun streven naar een circulaire economie op lokaal niveau.
Praktijkvoorbeeld: DeBlauweWijkEconomie in Arnhem
Eén van deze gesprekken voerden wij tijdens een duo-interview met een medewerker van de gemeente Arnhem en een ervaringsdeskundige van het wijkinitiatief DeBlauweWijkEconomie, uit het Spijkerkwartier in Arnhem. Tijdens dit dynamische interview kwam naar voren dat een gemeente écht kan bijdragen aan het vormen van een circulaire economie op lokaal niveau. Niet alleen door zelf met maatregelen te komen, maar ook door ruimte te bieden aan de ideeën en creativiteit van bewoners en bedrijven. Tegelijkertijd blijkt ook dat vooral het stimuleren en activeren van die samenleving om een bijdrage te leveren aan dit thema, nog wel eens een uitdaging kan zijn.
Praktijkvoorbeelden als DeBlauweWijkEconomie laten in ieder geval zien hoe buurtbewoners op een laagdrempelige manier (en soms zelfs misschien onbewust) kunnen bijdragen aan het vormen van een circulaire economie. Met kleine dingen als het opknappen van oude fietsen, het faciliteren van buurtklussers die bij de mensen thuis komen voor kleine reparaties of het kweken van oesterzwammen op koffiedik zorgt dit initiatief er voor dat circulariteit tastbaar wordt en écht impact heeft op de lokale bevolking. Het laat ook zien dat de circulaire economie lang niet alleen over afval gaat en vraagt om grote maatregelen, maar dat ook activiteiten op wijkniveau het verschil kunnen maken.
Naar een participatiecultuur
Met dit onderzoek brengen wij in kaart welke rol gemeenten spelen in het opzetten/faciliteren van een participatiecultuur rondom het thema circulaire economie. Binnen zo’n participatiecultuur hoeft de gemeente niet voor ieder initiatief een nieuw participatietraject op te starten, maar weet zij al welke belangen en initiatieven er bestaan, door continue samenwerking met verschillende partijen in de samenleving. De uitkomsten van dit onderzoek bieden mogelijk een volgende stap richting een circulaire samenleving, waarbij de mens centraal staat in de transitie die hier voor nodig is.